Het laatste stukje Noorwegen

Het laatste stukje Noorwegen
Het laatste stukje Noorwegen

Vandaag loop ik dan toch nog even snel naar het meer om te kijken. Het is behoorlijk groot en aan de overkant ligt een skidorp tegen de helling. De blauwe lucht met wolken weerspiegeld in het water. Het ziet er weer uit alsof het een mooie dag gaat worden en het ziet er nog steeds zo goed uit als we op weg gaan. Normaal begon het te betrekken zodra we onze motoren van de bok afhaalden.


De weg richting Langesund vanaf Orpen loopt eerst langs het meer en dan rijden we weer door een aardig bebost gedeelte. De weg loopt echt tussen de bomen door. Hier en daar zien we een skigebied en ineens ligt daar tussen de bomen een modelbouw spoorbaan. Zo lijkt het tenminste, maar dan op ware grootte. Er staan oudere treinstellen, stoomlocomotieven en een handmatig bediende hijsinstallatie naast een oud stationsgebouw. Weer allemaal zo uit de Märklin-catalogus gekomen. Het blijkt spoormuseum Krøderbanen te zijn, waar je met een historische trein mee kunt. Het ziet er leuk uit.
Naarmate we verder naar Oslo gaan, wordt het vlakker en veel bebouwder. We gaan een snelweg op en je mag er zelfs 110 kilometer per uur rijden. Dat is echt uitzonderlijk hard voor Noorwegen. We letten keurig op onze snelheid want toen de trajectcontrole van de week ineens flitste terwijl wij 70 rijden waar je 80 mocht (tenminste dat meenden wij echt gezien te hebben onder het bord ’trajectcontrole’) zit de schrik er goed in. Zeker omdat de bekeuringen hier honderden euro’s bedragen. Ze flitsen hoe dan ook steeds van voren waar wij natuurlijk geen kentekenplaat hebben. Toch zijn er ook veel tolpoorten met aan alle kanten camerainstallaties, waarvan je uiteindelijk niet weet hoe een koe misschien toch twee hazen vangt, die dan echt per ongeluk te hard reden. Op veel wegen is 80 zelfs moeilijk te rijden door de scherpe bochten of het slechte asfalt. Helaas zijn de aanduidingen van snelheden vaak heel onduidelijk. Je mist makkelijk een bordje doordat ze zo snel kunnen wisselen en dat is bij lage snelheden dan toch lastiger. Dan ga je al snel overheen.

We stoppen bij een eettentje met uiteraard worsten. Hier zijn geen supermarkten die snel vanaf de weg te bereiken zijn, dus dan maar kiezen uit één van de hotdog-variaties. Vervolgens duiken we allerlei tunnels in om Oslo voorbij te gaan. Dan stuiten we op wegwerkzaamheden van enorme omvang. De weg wordt volledig opnieuw aangelegd, met extra tunnels en nieuwe bruggen. Omdat al het verkeer via een smal binnenweggetje omgeleid moet worden, komen we in een lange file met zeer langzaamrijdend verkeer. Er komen geen motoren langs dus het lijkt dat je niet voorbij mag rijden. Gezien eerdergenoemde boetes, proberen we het ook maar niet uit. In dit gebied konden we niet veel campings vinden, maar er blijken er wel een paar die hutten verhuren te zitten. Bij een boerderij staat een bord. We volgen het weggetje en bij een groot romantisch wit huis met bloeiende stokrozen en ridderspoor ervoor, vertelt een vriendelijke vrouw uit welke hutten we kunnen kiezen.

De hutten liggen half tussen bomen een beetje verspreid op een veld. Er staat een picknicktafel in de schaduw. Dan kunnen we met dit lekkere weer buiten eten. Na de spullen in de hut geïnstalleerd te hebben, rijden we naar het dorp om geld te halen. We hopen bij de bank nog onze Zweedse Kronen te kunnen wisselen. Die zou tot 15.30 uur open zijn volgens internet. Als we aankomen is het 15.00 uur en de bank is al dicht en er loopt nog maar één man rond. Ik denk dat ik hier maar naartoe verhuis en bij de bank ga werken. Om 9.00 uur beginnen en dan al om 15.00 uur weg zijn. Op donderdag. Chic hoor.
In de supermarkt wil Marco graag vlees halen voor vanavond. Een enorm pak karbonades verdwijnt in het mandje. Hij beweert het allemaal op te eten en ik verwacht eigenlijk dat hij daar geen probleem mee zal hebben. We hebben niet heel erg veel vlees gegeten de laatste week, dus hij moet een achterstand inhalen.
Omdat het zulk lekker weer is kunnen we wel een ijsje nemen bij de ijswinkel in het winkelcentrum. We kiezen de op een na grootste. Ook op dit punt hebben we wat in te halen. Het blijken drie enorme bollen met daarop nog een hele toren softijs. Lekker, maar wel erg veel.


We rijden terug en betalen de hut bij de eigenaresse. Ze is erg vriendelijk en vertelt dat de Nederlanders en de Duitsers vooral de rust en ruimte en de schitterende natuur in Noorwegen weten te waarderen. Dat kunnen we volop beamen. Voor ons is de gedachte aan je buren lekker ver weg hebben wonen erg aanlokkelijk. Er is hier in Telemark een dorp waar vakantiehuizen gebouwd worden die met name door Nederlanders gekocht worden. Die gaan er alle vakanties naar toe, omdat dit gebied redelijk snel is te bereiken vanuit Nederland en toch veel groen heeft. Geef ze eens ongelijk.
Buiten aan de picknicktafel genieten we van het mooie weer. Terwijl wij weg waren heeft de eigenaresse er een pot met margrieten opgezet. We bakken buiten het vlees. Binnen kook ik de rest.

Als we aan het eten zijn, komt een jong Nederlands stel met een tent verderop op het veld staan. Ze vertellen dat ze wel heel hoog naar het noorden zijn geweest. Wel helemaal in het midden van Noorwegen en hebben veel kilometers gemaakt, ja. Als ze vraagt waar wij geweest zijn, vertelt Marco met een glimlach hoe we gereden zijn.
Als we hier om middernacht gaan tandenpoetsen is het nog steeds een klein beetje licht aan de horizon, maar de nacht is nu echt weer terug.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *