Poro op de weg en op het bord

Poro op de weg en op het bord
Poro op de weg en op het bord

Vanmorgen eerst alle bagage weer drie trappen af mogen sjouwen. Travel light, zeggen ze dan… Dat is niet helemaal gelukt, bij ons. Alhoewel we niets hebben meegenomen dat niet gebruikt is. Oh ja, zonnebrand (en zwemkleding), maar als het toch nog meezit moeten we daar nog van bijkopen 😉

Vlak voor Santa Village worden we geflitst. En ik gisteren ook al. Wel vreemd want we rijden echt niet hard, maar maken ons tegelijkertijd nog niet teveel zorgen want ze flitsen van voren. Als we langs de parkerplaats rijden kijken we of we OTTO nog zien staan, maar de Britten hebben vandaag kennelijk een lazy morning.

We verlaten het stedelijke gebied en dan zien we alleen nog dorpen die uit enkele huizen bestaan. Vaak staat er slechts een brievenbus langs de weg en ligt het huis ver van de weg, verscholen tussen de bomen.

Het landschap verandert al snel drastisch. Het wordt kaler met moerassige grasvlaktes en waterplassen omzoomd door berkenbomen. De grond is met lage stugge beplanting (o.a. bessenstruiken) begroeid en de stenen zijn bedekt met mossen. We betreden de boreale zone.

De eland in de gevarendriehoek als aanduiding voor overstekend wild heeft het veld moeten ruimen voor een rendier. In het Fins Poro. Overal staan borden met waarschuwingen voor Poro. Het is duidelijk, nu moeten we echt opletten. Een eland zie je met heel veel geluk een keer langs de weg (is deze reis nog niet gelukt) maar rendieren hebben de naam om ineens de weg op te gaan en rustig te blijven voortsukkelen. Met name de jonge exemplaren, die er nu volop zijn, hebben nog weinig verkeersinzicht. Bijkomend foutje is dat ze dezelfde kleur als het asfalt hebben en daardoor regelmatig over het hoofd worden gezien. Met de auto al best vervelend (ook voor het beestje), maar motorrijders kan het fataal worden. De Spanjaard van het appartement waarschuwde ons er nog speciefiek voor.

De rendieren zijn eigendom van de Samen in het gebied. Oorspronkelijk volgde deze inheemse bevolking de trek van de wilde rendieren, maar in de loop der eeuwen zijn de rendieren gedomesticeerd en de Samen de herders van de dieren geworden. Ze zijn gemerkt met kleuren om aan te geven wiens eigendom ze zijn, want ze kunnen overal vrij rondlopen. Doordat ze met mensen in contact komen, zijn ze niet schuw. Vooralsnog zien we geen rendieren en kunnen we rustig van het bijzondere landschap genieten. We rijden op een E-weg maar het heeft weinig van een snelweg weg. Het is op zijn best een provinciale weg waar je wel doorgaans 100 mag rijden. Alleen bij gevaarlijke stukken en dorpjes is het 80 of 60.

Wat ook zo fijn is dat de Finnen het kennelijk niet nodig vinden om bijna overal langs de weg een wildhek te plaatsen. In Zweden was de weg grotendeels voorzien van een afrastering aan beide kanten. Wel veilig, maar niet echt mooi.

Het is mooi weer en er is nauwelijks wind. We komen weinig verkeer tegen en merken dat we veel minder moeite hebben met het rijden. De eerste dagen waren best slopend en van alles deed pijn. Ik vroeg me bij elke enthousiast zwaaiende tegemoetkomende motorrijder met bepakking af of hij echt zo vrolijk was alsdat het leek zoals hij zwaaide of dat hij ook geradbraakt was, maar de moed erin hield. Je weet gewoon dat ze merendeels van de Noordkaap afkomen alleen andersom gereden hebben en er dus al veel kilometers op hebben zitten. Nu kan ik toch wel concluderen dat je eraan went. We hebben ook ontdekt dat het doorgaans prettiger is om niet teveel te stoppen. Elke keer die motor neerzetten, tussen de bagage vandaan kruipen, helm af, handschoenen uit, oordoppen uit en dan bij vertrek hetzelfde ritueel weer omgekeerd, blijkt best vermoeiend. Nadeel is wel dat het lastig is om foto’s te nemen. Ook omdat er weinig parkeerplaatsen langs de weg zijn die ook nog mooie fotomomenten bieden. Dat is jammer. En een snelle snapshot met de telefoon is nog te doen, maar afstappen en de camera uit de koffer pakken kost wel heel veel tijd en energie.

Het Zweedse landschap was mooi, maar wel veel van hetzelfde, nu wordt het steeds bijzonderder. Het enige dat we weer zien, zijn de enorme vogels die we af en toe in de velden staan. De eerste zag ik tussen Gothenburg en Uppsala in een weiland. Het leek net een emoe en ik dacht dat het een soort hobbydier was van iemand. Toen begon ik ze vaker te zien en eentje dichterbij. Met mijn beperkte ornithologische kennis kon ik het determineren als een kraanvogel. Later zag Marco ze ook ergens staan en ze waren toen goed genoeg te zien om zeker te zijn dat het kraanvogels zijn. Ze zijn echt behoorlijk groot. Jammer dat we ze nooit ergens zien als we wandelen…

Naarmate we noordelijker komen beginnen ook de muggen de overhand te krijgen. Zeker nu er weinig wind is.

We rijden behoorlijk door als achter een heuveltje  ineens een rendier op de weg staat. Leuk, maar toch ook even schrikken. Dat toont meteen dat die Zweden nog niet zo gek bezig zijn met hun wildafrastering. Nou is het in Zweden natuurlijk wel een drukke weg en hier komt er slechts af en toe verkeer langs.

Een bord waarop staat dat verderop gerookte vis te koop is, verleidt ons te stoppen. Ja eten hè… Een Koti (Lapse hut) herbergt een eettentje. De vriendelijke eigenaar, met zo’n typische zware stem waarmee veel Finse mannen Engels spreken, verkoopt eigengerookte zalm, houting (witvis) en rendier. We delen een stuk zalm en een broodje gerookte rendier. Intussen zien we zalmpannenkoekjes voorbij komen. Die zien er lekker uit dus die nemen we ook nog maar. Gerookte zalm, met ei en mayo op een beetje zoete pannenkoek. Het is heerlijk. We nemen nog een stuk zalm mee voor vanavond. We konden het niet laten. Net als de souvenirs voor onze kleine (buur)vrienden Marius en Florian.

Het smaakt een stuk beter dan het op de foto’s lijkt.

Als we weer verder rijden wordt het steeds kaler en de boreale beplanting, met name mossen, krijgen op de grond de overhand. De berkenbomen blijven, maar zijn wel kleiner. We passeren een paar keer wat rendieren. Ze zijn leuk. Zowel de vrouwtjes als de mannetjes hebben een gewei. Bij de mannetjes zijn ze soms enorm groot met veel vertakkingen. De kalfjes huppelen schattig tussen de grote dieren door, alleen moesten ze verkeersles krijgen want er springt er eentje bijna de weg op. Moeder verhindert een aanrijding door hem terug te jagen de bosjes in. Niet alleen de rendieren maken de rit spannend ook de geringe hoeveelheid tankstations en we wachten lang met tanken.
We rijden langs de Ivalo rivier richting Inari. Dit is de hoofdstad van de Samen in Finland. Hier is o.a. hun parlement gevestigd. De Samen leven in het noorden van Scandinavië en Rusland op het Kola-schiereiland). Er zijn verschillende Samische dorpen, maar eigenlijk kun je alleen in de bezoekerscentra wat over de cultuur zien. De meeste Samen lopen in het dagelijkse leven in moderne kleding en werken als herder, visser, zijn ondernemer of zijn in loondienst. Hier is ook een tankstation. Gelukkig maar want normaal tanken we met 200 km op de teller. De benzine is wel erg duur hier.

Weer op de weg gaan we een uitgestrekt merengebied binnen. Grote rotsblokken vormen de oevers en kleine eilandjes met wat berkenboompjes liggen verspreid in het water. Het is echt heel verlaten. Nauwelijks auto’s en al helemaal geen huizen.

We rijden over een prachtige tunturi (Finse afgeronde heuveltop die boven het berkenbos uitsteekt) die begroeid is met gras, heide en mos in alle kleuren. Er liggen rendieren op. Het schijnt dat de rendieren in het muggenseizoen naar de open vlaktes trekken, waar ze minder last van de muggen hebben. Vandaar dat ze nu zoveel op de vlaktes zijn.

Helaas is er geen mogelijkheid om een fotostop te maken. Langs de weg stilstaan is een twijfelachtige optie. De Finnen rijden aardig door en alhoewel er nauwelijks verkeer is verwachten ze daardoor waarschijnlijk niet dat er ineens twee motoren stil staan in een bocht. We gaan er van uit dat we dit landschap nog meer zullen zien,  uiteindelijk blijkt dat helaas niet zo.

In the middle of nowhere, vlakbij Kaamaneb, is daar ineens de camping die we gepland hadden. We gaan de receptie binnen en eerst zien we niemand, maar om de hoek blijkt een oud mannetje te zitten. Hij spreekt nog Engels ook en de huisjes zijn niet duur, dus dan maar een huisje. Ze zijn zeer eenvoudig, maar liggen prachtig aan de rivier en dat betekent ook veel muggen. Het is daarom met hor en vliegengordijn uitgevoerd. Het raam zit aan de achterkant van het huisje en kijkt uit op de rivier en op de middernachtzon.

Een Duitse komt aanfietsen en blijkt helemaal naar de Noordkaap te gaan vanuit Berlijn via Zweden, Gotland, Finland, Noordkaap en dan weer terug via Noorwegen. In vier maanden. Echt super natuurlijk, maar ook zwaar, vooral in Noorwegen lijkt ons.

Na het eten, als het droger wordt, wandelen we wat in de omgeving. Het is jammer van de bewolking waardoor alles wat somber oogt, maar als we terugkomen bij de camping breekt af en toe de zon door. Door ht late licht raak je elk besef van tijd kwijt. We ruimen nog wat op en dan is het eigenlijk tijd om te slapen. Het is alleen nog hartstikke licht en de zon is behoorlijk gaan schijnen. Meer zon dan we steeds overdag hebben gezien.

Het horloge staat nog op NL-tijd. Finse tijd is dus twaalf uur ’s nachts.

Rond 1.00u is de zon op zijn laagste punt om dan weer omhoog te gaan. Het is jammer dat de bal van de zon niet goed te zien is, omdat er wat bewolking bij is. Alles wordt een beetje gelig in dit licht. Prachtig!

Hier kan dus op klaarlichte nacht van alles gebeuren.

2 Comments

  1. Wat een belevenis!
    Goed om te lezen dat de lange motorritten beginnen te wennen.
    Probeer te volgen waar jullie zijn op de kaart met de route erop, de blijkt lastig te gaan.
    Ben zeer benieuwd naar de volgende avonturen.
    Monique

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *